Geheimen van de klederdracht
Vanaf 12 november 2021 tot 2 juli 2022 is in Museum Spakenburg een fototentoonstelling te zien over de laatste generatie vrouwen in de klederdracht van Bunschoten-Spakenburg. De foto’s zijn gemaakt door Jeffrey van den Dikkenberg (1998). Hij geeft met zijn werk een intiem en uniek beeld van alles wat erbij komt kijken om de dracht te maken, dragen en onderhouden.
De fotograaf
Toen Jeffrey van den Dikkenberg in 2015 startte met zijn fotografiehobby kwam hij al snel uit bij thema’s die Bunschoten-Spakenburg uniek maken, zoals de botters, scheepswerf en de klederdracht. Hoewel het laatste onderwerp niet echt zijn speciale interesse had voelde hij al snel een noodzaak om dit bijzondere cultuurverschijnsel vast te leggen. Als geboren Spakenburger legde hij makkelijk contacten en al snel kwam hij bij de dames over de vloer. Tijdens deze bezoekjes gaven zij hem een inkijkje in hun dagelijks leven. Ook openden ze hun kasten, trokken bijzondere stukken aan en lieten zien hoe zij met de dracht bezig zijn.
Tentoonstelling
In de tentoonstelling is een selectie te zien van Jeffrey’s werk. De focus ligt hierbij op de ‘geheimen’. De meeste mensen hebben geen idee wat er bij komt kijken om dracht dragen. Zo kost het haken van de ongermus alleen al honderd uren. Dit gebeurt met heel fijn haakgaren; DMC, nr. 50. Daarna moet de muts gesteven en gestreken worden. Alleen al dat strijken van de mutsjes die vaak in reliëfwerk zijn gehaakt kost al snel een uur en als ze vies zijn begint het werk weer opnieuw.
De krâplap is zonder twijfel het meest beeldbepalende element van de dracht van Bunschoten-Spakenburg. Antieke kraplappen worden vaak versteld, wat met het oog op de huidige klimaatcrisis heel duurzaam is. In de tentoonstelling is een krâplap te zien die bestaat uit drieëntwintig stukjes. Het handwerk dat hierin zit is enorm.
Inmiddels worden de meeste kraplappen overigens niet meer zelf gesteven en gestreken. De dames wassen ze zelf en brengen ze vervolgens naar de strijkerij; twee vrouwen in de gemeente stijven en strijken de kraplappen met speciale machines.
Voor wie denkt dat vrouwen in klederdracht het makkelijk hebben als ze ’s ochtends voor hun kast staan komt bedrogen uit. Klederdracht kent regels qua kleurstelling en patroon, maar binnen die kaders kunnen de dames eindeloos variëren. Zeker nu er nog maar weinig mensen in de dracht zijn honderd kraplappen in de kast geen uitzondering.
Voorbij
Jeffrey van den Dikkenberg biedt de dames met deze tentoonstelling een podium. Hij maakte eerder met Bort Zwaan het boek ‘Pracht in dracht’.
“Anno 2021 wordt de klederdracht nog dagelijks door vijfentachtig vrouwen gedragen. Allen zijn de zeventig gepasseerd en hun aantal wordt snel minder. Over een aantal jaren zal de dracht van Bunschoten-Spakenburg alleen nog bij evenementen en in het museum te zien zijn. Het is mooi om hen op deze manier in beeld te brengen en het publiek mee te laten genieten van dit bijzondere erfgoed”.
Bij de tentoonstelling verschijnt een brochure met foto’s uit de tentoonstelling. De brochure is te koop in de museumwinkel.




